MARCUS MARC

 

Colmars is een charmant stadje dat nog niet overrompeld is door de niets ontziende bouwwoede, geïnspireerd door het succes van de wintersporten. De vrijdagvoormiddag is het er druk omwille van de wekelijkse markt. Het ommuurde, middeleeuwse stadje heet je welkom en toont met enige fierheid zijn twee versterkte kastelen, in het verleden een verblijfplaats voor het leger. Het impressionante Fort de Savoie springt in het oog wanneer je langs het noorden Colmars binnenrijdt. Einde 17^de eeuw begon men met de constructie van het kasteel, haast tegelijkertijd met het Fort de France dat zich aan de zuidelijke rand van de stad bevindt.

De cascade de la Lance brengt je op loopafstand van het centrum naar een stukje grandioze natuur.

Colmars is de poort naar de Alpen. De col d’Allos leidt naar Val d’Allos waar de aanwezigheid van de skistations zich nederig manifesteert. Het hoger gelegen Val d’Allos La Foux daarentegen puilt uit van de appartementsblokken die maar één ding voor ogen hebben: skifanaten logeren. Uiteraard moeten die ook gevoed worden, de restaurantjes rijzen als paddenstoelen uit de grond. Plastic en fastfood zwaaien er de plak.

 

lac d'allos

 

 

De Lac d’Allos is het grootste natuurlijke meer van Europa dat zich op enige hoogte situeert. Het heeft een oppervlakte van 54 hectares, bevindt zich op 2228 meter boven de zeespiegel en maakt deel uit van de Parc de Mercantour. Het wordt uitsluitend gevoed door de smeltende sneeuw van de bergen die het omringen, reuzen die de 2000 meter overstijgen. De Mont Pelat en de col de la Petite Cayolle overtreffen de 3000 meter. Wanneer je van de parking du Laus vertrekt, (een tochtje met de wagen langs een slingerende weg in het bos die hoe dichter hij zijn eindbestemming nadert, hoe smaller hij wordt) brengt een wandelpad met een dénivelé van 250 meter je naar het meer, een tocht van een uurtje die de inspanning ruim compenseert. Sportieve wandelaars kunnen via de GR56B hun doel bereiken. Dan heb je wel een trip van 21 km (h/t) voor de boeg en mag je rekenen op een wandeling van 7 uur. Je kan overnachten in de refuge en genieten van zonsopgang of ondergang aan het meer. Wandelplezier bij de vleet in de omgeving. Naast de verschillende cols is er ook nog een wandeling die naar kleinere meren in de buurt leidt. Panelen langs de weg informeren je over fauna en flora. De alpenweiden trekken herders aan om hun kudden te laten grazen. De adembenemende schoonheid van de omgeving inspireert tot een respectvolle stilte. Het gekrijs van een paar verwende snotapen die hun zin niet krijgen is een gesel voor de sacrale vrede die deze opzienbarende plaats verdient. Door de opwarming van de aarde wint de lork aan veld ten nadele van de alpenweiden, hetgeen de herders en hun kudde schapen met lede ogen ondergaan. De marmot en het korhoen voelen er zich in hun sas.

 

source du verdon

 

 

Om de bron van de Verdon te ontdekken moet je het artificiële Val d’Allos de la Faux voorbij en je wagen achterlaten op een parking. Die voorkomt dat je de bochtrijke en duizelingwekkende klim van de col d’Allos richting Barcelonette begint. De marmotten verwelkomen je met hun schrille klanken. Ze laten zich onophoudelijk horen maar om er één te zien moet je wat geluk hebben. Het hoge gras is hun bondgenoot. Bij de refuge de Sestrière ontspringt de Verdon, een rivier die zijn bekendheid te danken heeft aan de Gorges du Verdon, de hoogste bergkloven in Europa.

 

Wie van wandelen en natuur houdt, is deze omgeving een must. Wij verbleven in Hôtel Le Martigon in Villars Colmars, een vredig dorpje ten zuiden van Colmars-les-Alpes. We konden er genieten van een lekker ontbijt, een heerlijk diner, nette kamer en vriendelijk onthaal, weg van alle drukte van een bruisende stad.